Read The Panic Room Online

Authors: James Ellison

The Panic Room (9 page)

BOOK: The Panic Room
5.61Mb size Format: txt, pdf, ePub
ads

'O, wat is hij weer stoer,' zei Raoul fel. 'Als dit voorbij is, gaan jij en ik eens een praatje maken.' 'Ik kijk er nu al naar uit.'

'Ik ga met hen praten,' zei Junior. Hij liep naar de luidspreker en riep: 'We weten wat je probeert te flikken, dame. Je hebt helemaal geen telefoon. Ik waarschuw je: je maakt het alle-maal alleen maar moeilijker voor jezelf. Als jullie tweeën nu tevoorschijn komen, is er niets aan de hand. We doen jullie niets.'

'Christus,' zei Burnham terwijl hij Junior aan zijn arm ach-teruittrok. 'Weetje dan niet hoe een omroepinstallatie werkt? Je kunt jezelf helemaal schor schreeuwen, maar ze hoort je toch niet.'

'Waarom heb je me dat dan verdomme niet gezegd?' Hij wendde zich tot Raoul. 'Wist jij dat?'

Hij haalde zwijgend zijn schouders op. Met een zucht liep Burnham naar de camera en keek recht in de lens. Langzaam maakte hij het gebaar van opbellen en zwaaide toen met zijn vinger heen en weer om aan te geven dat ze de politie niet gebeld kon hebben omdat ze geen telefoon had. Hij herhaalde het gebaar terwijl hij boos in de camera keek.

Meg was van haar stuk gebracht. 'Hoe kan hij dat nou weten, van de telefoon?' zei ze tegen Sarah zonder haar blik van het scherm af te wenden. Maar ze weigerde haar angst te tonen. 'Neem mee watje wilt en maak datje wegkomt,' zei ze. 'Wij blijven hier nog een uur nadat je bent weggegaan. Dat beloof ik.' Ze keek naar Sarah, die glimlachte en knikte. 'Goed idee, mam. En je klinkt ook helemaal niet bang.' Burnham overlegde met de anderen, keek toen op naar de camera en schudde met zijn hoofd. Junior drong zich voor de zwarte man en maakte met zijn hand een snijbeweging over zijn keel. Ten overvloede schudde hij ook nog eens met zijn vuist naar de camera.

Even later verdwenen de drie mannen helemaal uit beeld. Vijf martelend trage minuten gingen voorbij. Toen kwam de jongeman, die kleiner was dan de anderen - de leider, had Meg bedacht - terug en hij ging voor de camera staan met een stuk van een kartonnen doos in zijn handen. Er stond met grote blokletters een boodschap op geschreven: WAT WE

WILLEN IS IN DIE KAMER.

Sarah en Meg staarden elkaar aan; ze begrepen allebei direct wat de boodschap inhield. Deze mannen waren geen inbre-kers die op zoek waren naar de gebruikelijke buit: juwelen en elektronica die ze gemakkelijk konden verkopen. Ze moesten achter iets anders aan zitten, iets heel sinisters. Wat was er immers in de panic room te vinden, behalve voorraden voor noodgevallen? Alleen zij tweeën. Het was duidelijk dat deze mannen niet waren gekomen voor de voorraad. De logische conclusie was dat ze verkrachters, ontvoerders of moor-denaars waren.

'Ze komen hier naar binnen, hè mam?' 'Nee. Ik heb je al gezegd dat ze hier niet binnen kunnen komen. Weetje nog wat die man, die makelaar, vertelde over de deur? Het is hier volkomen veilig.'

'We kunnen hen niet binnenlaten en maar zien wat er gebeurt, of wel?' 'Nee.'

'Ik denk niet dat ze ons zouden laten gaan.' 'Dat risico kunnen we niet nemen.'

Megs woede begon langzaam haar angst te verdringen. Zolang zij nog ademhaalde, zou niemand haar of haar dochter een haar krenken, dat was een ding dat zeker was. Ze drukte weer op de knop van de omroepinstallatie en vroeg recht voor zijn raap: 'Wat weten jullie over deze kamer?' De zwarte man sprak tegen de leider, die langzaam, over het karton gebogen, iets opschreef. Toen hield hij het bord omhoog: MEER DAN JE DENKT.

'Ik denk dat ze bluffen.' Meg probeerde haar angst verborgen te houden voor haar dochter, en misschien ook wel voor zich-zelf. Hou je woede vast, zei ze tegen zichzelf. Woede is goed. Die zal je helpen actie te ondernemen. Toen ze weer sprak, had haar stem een fermere klank. 'We komen er niet uit en we laten jullie niet binnen. Maak datje uit mijn huis komt,' eiste ze.

Sarah gaf een rukje aan Megs mouw. 'Zeg "verdomme", mam.'

Meg wierp haar dochter een ongelovige blik toe, maar ge-hoorzaamde. Ze drukte op de knop en zei het woord: 'Ver-domme.'

'Nee, mam,' kreunde Sarah. Was haar moeder echt zo dom? 'Je moet zeggen: "Maak dat je verdomme uit ons huis komt...'" 'O, zo. Sorry.' Ze drukte weer op het knopje: 'Zorg verdomme datje uit dit huis komt!'

Er verstreken enkele minuten; de mannen waren uit het beeld van de camera verdwenen.

'Waarom geven ze geen antwoord?' vroeg Sarah. 'Wat denk

je, zouden ze het gewoon hebben opgegeven?'

Meg schudde haar hoofd. 'Ik denk het niet.'

Even later kwamen de drie mannen terug met een stuk karton

van een andere doos. De kleinere man hield het omhoog: WE

ZULLEN JULLIE LATEN GAAN.

Meg en Sarah keken elkaar even aan en Sarah perste haar lippen op elkaar en schudde haar hoofd. 'Mooi niet, hè mam?'

Meg knikte bevestigend. 'Precies, lieverd. Mooi niet.' Ze drukte op de knop en zéi: 'Einde gesprek.'

De drie mannen liepen weer buiten het bereik van de camera. 'Ze komt er niet uit?' zei Raoul met een verbijsterde uitdruk-king op zijn gezicht. 'Waar slaat dat nou weer op?' 'Zou jij dat doen als jij haar was?' vroeg Burnham. 'Koppen dicht,' zei Junior, 'allebei. Ik moet nadenken.' 'Ik snap er niets van,' hield Raoul vol. 'Hou je kop en laat me nadenken, verdomme,' zei Junior. 'Jij en nadenken!' zei Burnham met een gespannen glimlach. 'Nou, dan zitten we hier de rest van de nacht nog wel.' 'Oké, slimmerik, denk jij dan maar eens na. Wat moeten we doen? Hoe komen we die kamer binnen?' 'En als ze de politie al heeft gebeld?' vroeg Raoul. 'Mankeer je iets aan je oren?' vroeg Burnham. 'Of let je gewoon niet op? Ik heb toch al gezegd dat ze niet naar buiten kan bellen. Haar telefoon is niet aangesloten.' 'Dan sluit ze hem toch zelf aan?' 'Nee, dat kan niet. Geloof me nou maar.' 'Maar ze zei dat ze de politie had gebeld.'

'Ja zeg, wat moet ze anders zeggen? "Mijn dochter en ik zijn volkomen hulpeloos en aan jullie genade overgeleverd? Jullie zien eruit als aardige jongens. Kom maar naar boven en doe met ons watje wilt?" Ze bluft, man. Denk je dat ik hier nog met je zou staan praten als er ook maar de kleinste kans was dat de politie onderweg zou zijn? Ze kletst onzin. Ze is gewoon bang. Denk nou eens na.'

'Oké, prima, geweldig,' zei Junior. 'We geloven je allemaal, Burnham. We weten allemaal hoe verdomd briljant je bent. Goed, hoe komen we nou in godsnaam die kamer binnen?' Burnham staarde naar Junior, schudde zijn hoofd en begon te lachen.

Raoul deed een stap in zijn richting met zijn handen tot vuis-ten gebald. 'Wat is er verdomme zo grappig, patser? Wil je ons ook mee laten lachen?'

Maar Burnham haalde zijn schouders op. Hij voelde zich niet bedreigd door Raouls korzelige houding. 'Ik heb de laatste jaren verschillende van dit soort kamers gebouwd met maar één doel: om mensen zoals wij erbuiten te houden. Wat de techniek betreft staan alle puntjes op de i. Die kamer is zo veilig als een regeringskluis in Fort Knox. Als dat niet zo was, dan had ik allang geen werk meer.' 'Te gek,' zei Junior. 'Fantastisch. Je weet wel hoe je het moet brengen, Burnham. Maar laten we nu eens ophouden met die onzin en hier serieus over gaan praten. Hoe komen we in godsnaam die kamer binnen? Er móét een manier zijn.' Burnham wierp zijn armen omhoog in een gebaar van overgave. 'Junior, je weigert gewoon om naar me te luisteren. Ik zal je nog één keer uitleggen hoe het zit. Je kunt die kamer niet binnendringen. Zoals zoveel rijke mensen heeft je grootvader een fortuin uitgegeven om zichzelf ervan te verzekeren dat hij in een noodsituatie volkomen veilig zou zijn. Je kunt gewoon op geen enkele manier een panic room binnendringen, tenzij iemand je erin laat. Dat is de hele waarheid. Je

moet het probleem op een andere manier benaderen.' Junior duwde de bivakmuts naar achteren op zijn hoofd terwijl hij Burnham aankeek.

'O ja? Hoe bedoel je: het probleem anders benaderen?' 'We moeten ervoor zorgen dat zij naar buiten komt.' 'Waarom zou ze dat doen?'

'Dat weet ik nog niet. Maar zodra zij en het meisje eruit ko-men, mogen ze dit huis niet verlaten. We moeten hen hier houden en stil houden totdat wij het geld hebben. En ik wil geen hulp van Joe Pesci hier. Zij willen zichzelf toch schuil-houden in dit huis? Prima. Dan spijkeren we dit gebouw her-metisch dicht. We maken het hun onmogelijk om te vertrek-ken. En de volgende dag bellen we het alarmnummer en laten we de politie hiernaartoe komen en kunnen we de held uit-hangen. Zo gaan we het doen.' Hij wierp een blik op Raoul. 'En er worden geen grove middelen gebruikt.' 'Maar waarom zouden ze er überhaupt uit komen?' 'Daar ben ik nog over aan het nadenken.' 'Wat bedoel je met dat Joe Pesci-gedoe?' vroeg Raoul met een boze blik op Burnham. 'Hou je kop, Raoul,' zei Junior. 

'Gaat het wel?' Dit keer was het de dochter die het aan de moeder vroeg. Sarah wist maar al te goed hoe bang haar moe-der was voor kleine ruimtes, en normaal gesproken plaagde ze haar graag met haar fobieën. Ze had gezien hoe gevangen en wanhopig haar moeder zich voelde in liften, overvolle bussen en kleedkamers, en herinnerde zich hoe Meg in stilte en met opeengeklemde lippen had geleden. Maar nu kon ze haar maar beter niet plagen; de mogelijkheid bestond dat ze in paniek zou raken en dat kon Sarah niet laten gebeuren. Hoe langer ze in deze ruimte vastzaten, hoe groter het mentale gevaar voor haar moeder was. Sarah was alert op de kleinste aanwijzing: het samenknijpen van de ogen, het verstrakken van de lippen, het intrekken van de buik, de extreme bleekheid. Ze was een gevoelig en intuïtief kind; ze wist dat haar moeder het moeilijk had en ze wenste dat ze haar op de een of andere manier kon helpen. 'Mam, ik heb het tegen jou. Gaat het wel?' 'Ja hoor,' antwoordde Meg zwakjes en weinig overtuigend. 'Probeer niet aan kleine ruimten te denken.' Ze probeerde iets te bedenken waarmee ze haar moeder zou kunnen helpen. 'Denk aan de lucht. Denk aan al die ruimte daarboven.' 'Alsjeblieft... Sarah.' Ze kneep haar ogen dicht. 'Het is beter als we er niet over praten. Echt, het gaat zo wel weer.' Dit was helemaal niet goed. Sarah had haar moeder al eerder zo beangstigend bleek zien worden. Ze wist dat het verre van goed ging met haar moeder en dat het haar beurt was om de moeder te spelen. Het was een rolwisseling die de twee al jaren half onbewust speelden. 'Je mag niet kierewiet worden. Ik meen het, mam. Dat is niet toegestaan.' Sarah wist dat ze deze beproeving niet zonder haar moeder kon doorstaan.

Meg begreep precies wat er gaande was tussen hen en vocht wanhopig tegen de angst. 'Ik zal eraan denken,' verzekerde ze haar dochter. 'Ik meen het.'

'Dat weet ik. En ik sla me er wel doorheen, echt waar.' Ze produceerde een klein glimlachje. 'Ik probeer nu een blauwe lucht voor me te zien.'

'Mooi zo. Doe er ook een paar wolken bij. Pluizige, witte wolken zijn rustgevend.'

'Wolken,' zei Meg op dromerige toon. 'Ja, wolken.' Sarah was er niet van overtuigd dat haar moeder het wel zou redden als ze te lang in deze ruimte opgesloten zouden zitten, maar ze besloot om het maar even te laten voor wat het was. Het tien jaar oude kind begon rond te snuffelen tussen de spullen in de panic room en over koetjes en kalfjes te praten met haar moeder, die alleen maar antwoorden van één woord gaf. Ze was wanhopig.

'Hé, mam, zullen we "spookwoorden" spelen?' 'Spookwoorden?'

'Ik weet zeker dat je het van me wint. Je wint altijd. Maar ik word er al beter in. Eén spelletje maar, oké?' Meg aarzelde. 'Ik weet niet zeker of ik me er wel op kan concentreren.'

'Probeer het nou maar. Ik begin met een "a"

'Ik heb niet echt zin.'

'Eén spelletje maar,' zei Sarah. 'Oké?'

Meg slaakte een langgerekte zucht. 'Oké. Eén spelletje.'

'Mooi. Je hebt al een "a". Jouw beurt.'

Meg dacht even na, en zei toen: 'Eens zien. Ik voeg er een

"n" aan toe.'

'Oké. Ik voeg er een "a" aan toe.'

Meg zuchtte. 'Ik heb niet echt zin in een spelletje.'

'Toe nou,' drong Sarah aan. 'Er zijn ergere manieren om de

tijd te verdrijven.' 'We hebben al "a-n-a". Ik doe er een "r" bij.'

'Ken ik dit woord?'

'Ja.'

Sarah knikte. 'Ik denk dat het bij mij uitkomt, als het het woord is dat ik in mijn hoofd heb.'

'Sterker nog, ik kan twee woorden bedenken. En ze komen inderdaad allebei bij jou uit.'

Sarah was blij te zien dat haar moeder weer wat kleur op haar wangen kreeg.

'"Anarchist", dat is het woord, hè?' 'En "anarchistisch".'

'Ik kan het nog steeds niet van je winnen. Zullen we het nog een keer doen?'

'Nee,' zei Meg. 'Maar dank je. Ik voel me al een beetje beter.'

'Natuurlijk voel je je beter,' zei Sarah zogenaamd geërgerd. 'Je hebt net van me gewonnen.' Ze ging weer naar de monitors om te kijken. 'Wat zijn ze nu aan het doen?' vroeg Meg. 'O, o.' Sarah boog zich voorover en keek geconcentreerd toe. 'Wat nou, "o, o"? Wat is er aan de hand?' 'Nou, ze zijn in de keuken een paar tassen aan het leegmaken.'

'Tassen? Wat zit erin dan?'

'Wacht even, wacht even. Eens zien... Nou, allerlei gereed-schap en zo. Dat lijken wel lange schroeven...' 'Wat denk je dat ze aan het doen zijn?' 'Wacht even, wacht even.' Sarahs neus was nu nog maar een paar centimeter van het scherm verwijderd. 'Oké, die man die wist dat we hier geen telefoon hadden, heeft volgens mij net een elektrische schroevendraaier en een handvol schroeven gepakt...' Sarah was even stil en bleef kijken. 'Nu gaat hij naar de keukendeur.' Ze bleef stilletjes toekijken. 'En?' 'En het ziet ernaar uit dat... O, shit.'

'Wat?'

'O nee!'

'Wat gebeurt er? Vertel het me nou.' 'Dit vind je niet leuk, mam.' 'Wat is er nou aan de hand, Sarah?'

'Nou, oké. Het lijkt erop dat... tja... dat hij de keukendeur aan het dichtschroeven is.' Het laatste deel van haar antwoord was een onverstaanbaar gemompel. 'Pardon? Wat is hij aan het doen?'

Sarah probeerde kalm te blijven en zei luider en duidelijker: 'Ik zei: ik denk dat hij de keukendeur aan het dichtschroeven is.'

Meg draaide zich geschrokken naar de monitors, net op tijd om te zien hoe de zwarte man de laatste hand legde aan de keukendeur; toen hij daarmee klaar was, ging hij verder in het halletje. De man die de leider leek te zijn, schroefde de voordeur vast en duwde er toen een bank voor. De magere man met de dreadlocks die hen in de hal achterna had gezeten en hen de lift in had gejaagd, sloot het hele huis hermetisch af door alle ramen dicht te schroeven. Megs keel zat bijna helemaal dicht en ze had een onheilspellend gevoel in haar borstkas, alsof een van haar longen was ingeklapt. 'O, mijn god, ze sluiten ons op,' fluisterde ze. 'Dit kan niet waar zijn.' Meg rolde zich op tot een bal met haar armen over haar hoofd; ze was verlamd van angst. Sarah was echter niet van plan om zich zomaar gewonnen te geven. Ze begon in de ver-schillende voorraaddozen in de kamer te rommelen, op zoek naar iets wat ze als wapen zouden kunnen gebruiken als dat nodig bleek te zijn.

BOOK: The Panic Room
5.61Mb size Format: txt, pdf, ePub
ads

Other books

The War of the Roses by Warren Adler
Through the Whirlpool by K. Eastkott
Amber by Deborah Challinor
The Truth-Teller's Lie by Sophie Hannah
Byron Easy by Jude Cook
Retribution by Dave O'Connor