Read De Kaart En Het Gebied Online
Authors: Michel Houellebecq
Merkwaardig genoeg zat Gropius toen hij het Bauhaus oprichtte precies op dezelfde lijn - misschien wat minder politiek, met meer aandacht voor het spirituele -, hoewel ook hij in werkelijkheid socialist was geweest. In het
Bauhaus-Manifest
van 1919 verklaart hij de tegenstelling tussen kunst en ambacht achter zich te willen laten, hij verkondigt het recht op schoonheid voor iedereen: precies het program van William Morris. Maar geleidelijk aan, naarmate het Bauhaus dichter tegen de industrie ging aanschurken, werd het steeds functionalistischer en productivistischer; Kandinsky en Klee werden binnen het docentenkorps op een zijspoor gezet, en toen het instituut door Göring werd gesloten, stond het sowieso al helemaal aan de kant van de kapitalistische productie.
Wij waren zelf niet echt met politiek bezig; maar door de ideeën van William Morris hebben we ons kunnen bevrijden van het verbod op iedere vorm van opsmuk dat Le Corbusier had uitgevaardigd. Ik herinner me dat Combas in het begin nogal terughoudend was - de prerafaëlitische schilders waren niet echt zijn wereldje; maar hij moest toegeven dat de behang-motieven die William Morris had getekend erg mooi waren, en toen hij begreep waar het om draaide werd hij ronduit enthousiast. Niets zou hem meer genoegen hebben gedaan dan het tekenen van motieven voor meubelstoffen, behang en sierstroken voor de buitengevels van een hele groep flatgebouwen. Die lui van de vrije figuratie stonden toen toch vrij alleen, de minimalistische stroming bleef dominant, en
graff
bestond nog niet - of in elk geval werd er niet over gesproken. Dus toen hebben we dossiers ingediend voor alle ook maar een beetje interessante projecten waar een prijsvraag voor was, en afgewacht...'
.
Zijn vader zweeg weer, alsof hij bleef steken in zijn herinneringen, zakte toen ineen, leek kleiner te worden, te krimpen, en Jed besefte ineens met wat voor vuur en enthousiasme hij de laatste minuten had gesproken. Nog nooit had hij hem zo horen praten, ook niet toen hij klein was - en nooit, bedacht hij meteen, zou hij hem meer zo horen praten, hij had voor het laatst de hoop en het echec herbeleefd die de geschiedenis van zijn leven vormden. Een mensenleven stelt over het algemeen niet veel voor, het laat zich herleiden tot een beperkt aantal gebeurtenissen, en dit keer had Jed het echt begrepen, de verbittering en de verloren jaren, de kanker en de stress, de zelfmoord van zijn moeder ook.
'De functionalisten hadden de overhand in alle jury's...' besloot zijn vader rustig. 'Ik ben tegen een onzichtbare muur aan gelopen; we zijn allemaal tegen een onzichtbare muur aan gelopen. Combas en Di Rosa hebben het niet meteen opgegeven, ze hebben me jarenlang gebeld om te vragen of er geen beweging in zat... Maar toen ze zagen dat er geen opdrachten kwamen, hebben ze zich op hun schilderwerk gericht. En ik moest uiteindelijk ook wel een normale opdracht aannemen. De eerste was Port-Ambarès - en daarna werden het er steeds meer, vooral voor de aanleg van beach resorts. Ik heb mijn projecten in kartonnen dozen opgeborgen, ze zitten nog altijd in een kast op mijn werkkamer in Le Raincy, je kunt er eens naar kijken...' Het vervolg, 'als ik dood ben', slikte hij in, maar Jed had aan een half woord genoeg.
.
'Het is laat,' zei hij, terwijl hij rechtop ging zitten. Jed wierp een blik op zijn horloge: vier uur 's ochtends. Zijn vader stond op, ging naar de wc en kwam toen terug om zijn jas aan te trekken. Tijdens de paar minuten die de handeling duurde had Jed afwisselend de vluchtige indruk dat er net een nieuwe etappe in hun relatie was begonnen en dat ze elkaar juist nooit meer zouden zien. Toen zijn vader ten slotte in een afwachtende houding voor hem bleef staan, zei hij: 'Ik zal een taxi voor je bellen.'
Toen hij op 25 december 's ochtends wakker werd, was Parijs bedekt door een laag sneeuw; op de Boulevard Vincent-Auriol kwam hij langs een bedelaar met een volle, ruige baard en een bijna donkerbruine huid van het vuil. Hij legde twee euro in zijn bakje, keerde vervolgens op zijn schreden terug en legde er een briefje van tien bij; de ander liet een grom van verbazing horen. Jed was nu een rijk man, en de metalen bogen van de bovengrondse metro overspanden een verzacht, dodelijk landschap. Overdag zou de sneeuw smelten, alles zou veranderen in modder, in vies water; daarna zou het leven weer op gang komen, in een vrij laag tempo. Tussen de twee intense, relationeel en commercieel zwaarwegende momenten die kerstavond en oudejaarsavond zijn, ligt een eindeloos durende week die in feite niets anders is dan een lange time-out - waarna de bedrijvigheid pas op de eenendertigste aan het begin van de avond weer op gang komt, maar dan wel meteen flitsend en explosief.
Thuisgekomen bestudeerde hij Olga's visitekaartje: Miche-
linTV,
Avenue Pierre I de Serbie, hoofd programmering. Ook zij had een succesvolle carrière opgebouwd zonder er erg hard voor te hebben gevochten; maar ze was niet getrouwd, en die gedachte stelde hem slecht op zijn gemak. Zonder er echt bij stil te staan had hij zich al die jaren voorgesteld dat ze ergens in Rusland de liefde had gevonden, of toch in elk geval een
gezinsleven.
.
Hij belde de volgende dag aan het eind van de ochtend en verwachtte dat iedereen op vakantie zou zijn, maar nee hoor: na vijf minuten wachten antwoordde een gestreste secretaresse hem dat Olga in bespreking was en dat ze haar zou melden dat hij had gebeld.
Roerloos bleef hij wachten bij de telefoon, met de minuut zenuwachtiger. Het schilderij van Houellebecq stond tegenover hem op zijn ezel; hij was het die ochtend bij de bank gaan ophalen. Door de te intense blik van de schrijver voelde hij zich alleen nog maar ongemakkelijker. Hij stond op en draaide het doek om met het raam naar voren. Zevenhonderdvijftigduizend euro... dacht hij. Dat was totaal onzinnig. Net als Picasso, dat was ook totaal onzinnig; waarschijnlijk nog onzinniger, als onzinnigheid iets was waarin je nog een gradatie kon aanbrengen.
Net toen hij naar de keuken liep ging de telefoon. Hij vloog ernaartoe. Olga's stem was niet veranderd. De stem van mensen verandert nooit, net zomin als de uitdrukking in hun blik. Te midden van de totale fysieke aftakeling waar ouderdom op neerkomt, vormen de stem en de blik het pijnlijk onweerlegbare bewijs van het voortbestaan van karakter, ambities, verlangens, alles waar een menselijke persoonlijkheid uit is opgebouwd.
'Ben je in de galerie geweest?' vroeg hij, min of meer om het gesprek op
neutraal terrein
te beginnen, en meteen verbaasde hij zich erover dat zijn schilderwerk voor hemzelf
neutraal terrein
was geworden.
'Ja, en ik vond het prachtig. Het is... origineel. Het lijkt op niks wat ik ooit heb gezien. Maar ik heb altijd geweten dat je talent had.'
Er volgde een duidelijke stilte.
'Fransoosje...' zei Olga, haar ironische toontje kon de emotie slecht verhullen, en Jed voelde zich opnieuw slecht op zijn gemak, hij moest zijn tranen inhouden. 'Succesvol Fransoosje...'
'We zouden een keer kunnen afspreken,' antwoordde Jed snel. Iemand moest het als eerste zeggen; en dat was hij.
'Ik heb deze week enorm veel werk.'
'O? Hoezo?'
'We beginnen op 2 januari uit te zenden. Er moet nog van alles worden geregeld.' Ze dacht even na. 'Op de eenendertigste organiseert de zender een oudejaarsfeestje. Ik kan je uitnodigen.' Ze zweeg weer een paar seconden. 'Ik zou het leuk vinden als je kwam...'
.
's Avonds kreeg hij een mail waarin ze hem alle details gaf. Het feestje vond plaats op het privé-adres van Jean-Pierre Pernaut - hij woonde in Neuilly, aan de Boulevard des Sablons. Het thema luidde, weinig verrassend, 'de Franse gewesten'.
Jed dacht alles te weten van Jean-Pierre Pernaut. Toch had het Wikipedia-artikel nog een paar verrassingen voor hem in petto. Zo vernam hij dat de populaire presentator een omvangrijk geschreven oeuvre op zijn naam had staan. Naast
Smakelijk Frankrijk, Feestelijk Frankrijk
en
Het kloppend hart van de provincie
vond je ook
Prachtige ambachten,
in twee delen. Al die titels waren verschenen bij uitgeverij Michel Lafon.
Hij was ook verbaasd over de lovende, bijna geestdriftige toon van het artikel. Hij meende zich te herinneren dat Jean-Pierre Pernaut wel eens onder vuur had gelegen; dat alles leek nu vergeten en vergeven. Het geniale inzicht van Jean-Pierre Pernaut, viel de redacteur met de deur in huis, was geweest dat hij had begrepen hoezeer het publiek na de poenerige, patserige jaren 1980 dorstte naar een milieubewust, authentiek leven met echte waarden,
tf 1
-directeur Martin Bouygues mocht dan alle lof verdienen voor het vertrouwen dat hij in hem had gesteld, het 1 uur-journaal vanTF 1 droeg toch volledig het stempel van zijn visionaire persoonlijkheid. Uitgaande van de onmiddellijke - rauwe, snelle, razende, krankzinnige - actualiteit volbracht Jean-Pierre Pernaut dagelijks de messianistische taak om de geschrokken, gestreste tv-kijker naar de idyllische regionen van een behouden stukje platteland te leiden, waar de mens in harmonie met de natuur leefde en het ritme van de seizoenen volgde. Het 1 uur-journaal vanTF 1 was daardoor meer dan zomaar een journaal, het kreeg de allure van een tocht naar de ster, eindigend in een psalm. De auteur van het artikel erkende zelf weliswaar katholiek te zijn, maar wilde niet verhelen dat de
Weltanschauung
van Jean-Pierre Pernaut, hoe perfect die ook samenging met het rurale Frankrijk, 'de oudste dochter van de Kerk', ook heel goed zou hebben gepast bij een pantheïstisch geloof of zelfs een epicurische levenswijsheid.
De volgende dag kocht Jed bij de France Loisirs-boekhandel in winkelcentrum Italië 2 het eerste deel van
Prachtige ambachten.
De indeling van het werk was eenvoudig, gebaseerd op de bewerkte materialen: aarde, steen, metaal, hout... Het boek (dat hij snel uit had, het bestond bijna volledig uit foto's) maakte niet echt een traditionalistische indruk. Door het ontstaan van de verschillende ambachten die hij beschreef en de voornaamste veranderingen in de uitoefening ervan systematisch te dateren, leek Jean-Pierre Pernaut zich minder op te werpen als een voorstander van stilstand dan van
geleidelijke vooruitgang.
Misschien, dacht Jed, waren er wel overeenkomsten tussen het denken van Jean-Pierre Pernaut en dat van William Morris - de socialistische inslag buiten beschouwing gelaten, uiteraard. Jean-Pierre Pernaut mocht dan door de meeste tv-kijkers eerder
rechts van het midden
worden geplaatst, in het dagelijkse reilen en zeilen van zijn journaal had hij zich om redenen van beroepsethiek altijd extreem voorzichtig getoond. Hij had zelfs zijn naam niet willen verbinden aan het avontuur van Jagen, Vissen, Natuur, Traditie, een beweging die was opgericht in 1989 - amper een jaar nadat hij de leiding had gekregen over het 1 uur-journaal vanTF 1. Er had helemaal aan het eind van de jaren 1980 duidelijk een omslag plaatsgevonden, dacht Jed; een grote historische omslag, die op het moment zelf onopgemerkt was gebleven, zoals dat bijna altijd ging. Hij herinnerde zich ook de 'Stille kracht', de door Jacques Séguéla bedachte slogan waardoor Frangois Mitterrand in 1988 tegen elke verwachting was herkozen als president. Hij zag de affiches weer voor zich waarop die oude pétainistische mummie stond afgebeeld tegen een achtergrond van kerktorens en dorpen. Hij was toen dertien jaar oud, en het was voor het eerst van zijn leven dat hij aandacht besteedde aan een politieke slogan, aan een presidentiële campagne.
Jean-Pierre Pernaut mocht dan het belangrijkste en duurzaamste element van die brede ideologische omslag vormen, hij had nooit munt willen slaan uit zijn immense bekendheid door zich politiek te profileren of te engageren; hij had tot het einde toe in het kamp van de
entertainers
willen blijven. In tegenstelling tot collega-presentator en groen politicus Noël Mamère had hij niet eens een snor laten groeien. En al deelde hij waarschijnlijk alle waarden van Jean Saint-Josse, de eerste voorzitter van Jagen, Vissen, Natuur, Traditie, toch had hij hem nooit publiekelijk willen steunen. Ook voor diens opvolger, Frédéric Nihous, had hij dat nooit willen doen.
Frédéric Nihous, in 1967 geboren te Valenciennes, had op de leeftijd van veertien jaar zijn eerste geweer gekregen, als cadeau van zijn vader voor zijn goede eindrapport. Na het behalen van een postuniversitaire graad in het internationaal en communautair economisch recht en een tweede in de landsverdediging en Europese veiligheid, had hij bestuursrecht gedoceerd aan de universiteit van Cambrai; daarnaast was hij voorzitter van de Vereniging van duiven- en trekvogeljagers van het departement Nord. In 1988 was hij bij een viswedstrijd in de Hérault als eerste geëindigd dankzij de vangst van een nakinkarper van 7,256 kg. Twintig jaar later zou hij de val inluiden van de beweging waarover hij de leiding had genomen, door de vergissing te begaan om een pact te sluiten met de katholieke en extreemrechtse Philippe de Villiers - iets wat de jagers van Zuidwest-Frankrijk, die traditioneel antiklerikaal zijn en politiek gezien eerder tot het centrum of de socialisten behoren, hem nooit zouden vergeven.
.
Op 30 december, halverwege de middag, belde Jed Houellebecq op. De schrijver was in topvorm; hij had net een uur lang hout gehakt, vertelde hij. Hout gehakt? Ja, in zijn huis in de Loiret had hij nu een openhaard. Hij had ook een hond - een twee jaar oude bastaard die hij op kerstdag was gaan ophalen in het asiel van Montargis.
'Doet u iets op oudejaarsavond?' informeerde Jed.
'Nee, niks bijzonders; ik herlees Tocqueville op dit moment. Weet u, op het platteland gaan we vroeg naar bed, vooral in de winter.'
Jed speelde even met de gedachte om hem uit te nodigen, maar besefte net op tijd dat hij niet iemand kon uitnodigen voor een feest dat hij niet zelf organiseerde; hoe dan ook zou de schrijver zeker nee hebben gezegd.
'Ik wil u uw portret komen brengen, zoals beloofd. Begin januari.'